DE FALLUS

the making of a controversial cover

Nachtmerries had ik ervan. Vijf dagen buikpijn. Dit kán echt niet. Enkele weken geleden kreeg ik een beeld door van de cover van ‘Heilige relaties, heilige sexualiteit’: een vulva op de voorkant en een fallus op de achterkant, oerbeeld van het vrouwelijke en het mannelijke. Ik had nog twee schilderijen op zolder staan die ik zo’n tien jaar geleden geschilderd had, ik maakte er foto’s van en stuurde ze naar Erik, de ontwerper. Maar toen ik het resultaat zag kreeg ik het spaans benauwd. Dit is too much, te confronterend, te ongemakkelijk. Maar hoe ik er ook op mediteerde, tarotkaarten legde, me afstemde: het beeld bleef het beeld.

We probeerden alternatieve covers te bedenken, maar niets lukte. Erik zat er minder mee dan ik. Stiekem had ik nog gehoopt dat de uitgever het niet goed zou keuren, maar die mailde terug: ‘mooie cover.’ Hij had waarschijnlijk de achterkant nog niet gezien. En de drukker is een automatische print-on- demand, dus die zal het ook ‘worst wezen’…

Ondertussen speelde zich een hele discussie af in mijn hoofd en buik. Wat gaan mensen hier van zeggen? Moet dit nu zo frontaal, in your face? Wat is hier heilig aan?
Twee bitterballen en een frikandel, zei een vriend toen hij de fallus op de achterkant zag. Ja, het schilderij blinkt niet uit in kunstzinnige schoonheid. En bovendien zitten de ballen aan de verkeerde kant. Maar OK. Dat terzijde. Een andere stem in mijn hoofd gaf repliek: Waarom is het zo confronterend? Wat raakt je zo in de beelden? Kun je er in plaats van weg te lopen naar toe gaan, ze binnen laten komen, doorheen ademen… Wat zeggen ze?

Ik ben al mijn hele leven gefascineerd door fallus, het mysterieuze en symbolische beeld van de penis in erectie. In India noemen ze het eerbiedig lingam, en het vrouwelijke geslachtsorgaan yoni. Ze hebben zelfs altaarbeeldjes van de yoni lingam, die de vereniging van het oermannelijke en oervrouwelijke symboliseert, die duidelijk een sexuele maar eveneens goddelijke betekenjs hebben. De lingam is het scheppende beginsel, de shiva lingam, zoals de yoni het vrouwelijke scheppende beginsel is. Met deze twee scheppende krachten worden we ‘de goden gelijk’: We kunnen er leven mee creëren. En dat is waarschijnlijk een van de meest goddelijke talenten die we hebben.

Maar waarom is het dan zo besmet, besmuikt, beschaamd? Niet dat alles open en bloot hoeft te zijn – want het gaat mij op de cover niet om te confronteren – maar blijkbaar zijn we ons gaan schamen voor datgene dat een van de meest heilige, goddelijke aspecten van ons lichaam en ons menszijn is. We zijn ons sinds de zondeval gaan schamen voor onze geslachtsdelen. En dat is door de kerk en religie alleen maar toegenomen. De fallus en de vulva zijn beelden die het meest taboe zijn in onze samenleving, laat staan binnen religies als de islam. Daar was ik in sommige landen nu al gestenigd, vrees ik.

De combinatie heiligheid en sexualiteit gaat niet lekker samen. We hebben sex – en de afbeeldingen ervan – grotendeels gepornografiseerd en daarmee ontheiligd. We kijken er stiekem naar op internet. En dan wordt vaak direct de bestialiteit ervan duidelijk. Het heeft mij altijd verbaasd dat er nooit prachtige erotische sexfilms zijn gemaakt waarbij geiligheid en heiligheid elkaar niet uitsluiten. Het lijkt bijna onmogelijk. En dat is precies wat ik in het boek wil aanraken.

Een bevriende kunstenaar vroeg me ooit: Denk je dat Jezus een erectie heeft gehad? Ik moest er even over nadenken. Natuurlijk, logisch, maar waarom was dat beeld zo confronterend? Net zoals het beeld dat je eigen vader een erectie heeft. Of het beeld dat je als kind je ouders ziet vrijen. Ik herinner mij dat ik mijn vader een keer naakt heb gezien als jongen: in bad met zijn handen over zijn geslacht.

God stel je niet voor met een erectie, maar hoe zit het dan met het feit dat we in het evenbeeld van God geschapen zijn: als man en vrouw, zoals in Genesis staat? Hier zit een bewustzijnsknoop van jewelste, en ik probeer er al mijn hele leven een antwoord op te vinden. Maar denkend of filosoferend kom je hier niet uit. Want het gaat namelijk niet om het hoofd of de kruin, maar om het kruis. Dat zit lager. Je moet dus afdalen in jezelf om het antwoord te vinden. Kan ik zelf de verbinding leggen tussen geiligheid en heiligheid? Tussen mijn geslacht en mijn ziel?

En dit is wat het boek beoogd. Het heiligen van onze sexualiteit en liefdesleven. Niet alleen als filosofisch idee, of als spiritueel ideaal, maar geincarneerd in het lichaam. Ook niet om alle grenzen overboord te gooien in het kader ‘alles kan, alles mag’ zoals in onze samenleving heden te dage het adagium lijkt te zijn, maar om terug te keren tot een diepe verbinding tussen onze goddelijkheid en onze lichamelijkheid. Onze menselijkheid is een product van die beide en bevindt zich daar ergens tussenin.

Als de fallus er niet mag zijn, dan ontstaan er allerlei substituten voor: pistolen en raketten ( wie schiet het snelste en verste?), kerktorens, minaretten en wolkenkrabbers ( wie bouwt de hoogste? ), systemen van macht en geld (wie is het rijkste of heeft de hoogste bonus?) Het zijn allemaal manieren om ons gebrek aan fallische kracht, of onze onbewuste obsessie ermee, te verbloemen.

‘De fallus die we aantreffen in de pornografie is niet de werkelijke fallus’, zo stelt Thomas Moore in zijn boek ‘De ziel van sex. ‘ Hier gaat het eerder om een armzalige poging de fallische dimensie aan de penis terug te geven. Onze pornografische penissen zijn symptomatisch voor onze behoefte aan fallus. De fallus is in wezen die kracht die door ons, mannen en vrouwen, heen stroomt, en in deze bron van vitaliteit kunnen we de creativiteit en de kracht vinden die we nodig hebben om verder te gaan, te overleven en te groeien.’

Afijn, Mocht je de beelden op de cover dus confronterend vinden, op welke manier dan ook, wees dan gerust: je bent niet de enige. Laat ze op je inwerken, slaap ermee, mediteer erop en kijk wat ze je te zeggen hebben. Zoals een vriendin van mij op facebook zette: die cover ‘in your face’ is zeker de eerste oefening?

En mocht je er echt niet mee kunnen leven, stuur mij een berichtje met je adres, en ik stuur je een kaftpapier, zodat je het boek ouderwets kunt kaften, zoals vroeger op school, en dan kun je het boek ook gewoon in de trein lezen…